‘Druggebruik zit zeker in de lift’

Paul Notelteirs

Alleen achter het stuur kruipen als je niét onder invloed van drank of drugs bent, het is de logica zelf. Maar zo denkt nog niet iedereen erover, en dus blijven extra politiecontroles nodig. Zoals tijdens dit ‘Weekend zonder alcohol en drugs achter het stuur’. ‘Druggebruik zit zeker in de lift.’

1. Bestuurders onderschatten impact van alcohol

De Belg heeft vertrouwen in zijn rijkunsten. Tijdens een nationale enquête van de Fondation Vinci gaf 19 procent van de respondenten aan ooit met een glas te veel op gereden te hebben zonder de effecten daarvan te voelen. Dat is bijna twee keer zoveel als het Europees gemiddelde − en die houding laat zich ook zien in de cijfers van de politie.

In 2022 werd voor bijna 47.000 bestuurders een proces-verbaal opgesteld omdat ze een te hoog alcoholpercentage in hun bloed hadden. Er waren toen ook 4.224 letselongevallen, wat in lijn ligt met de cijfers voor de coronajaren. De federale wegpolitie en de lokale politie willen autogebruikers aanzetten om hun gedrag te veranderen. Daarom voeren ze het hele weekend, en nog tot maandagochtend 6 uur ’s ochtends extra controles uit. Tijdens een vorige editie in januari vorig jaar, testte 1,62 procent van de gecontroleerde bestuurders positief.

2. Jonge chauffeurs drinken minder

De toekomst is aan de jeugd, en op vlak van alcoholconsumptie is dat misschien een goede zaak. Chauffeurs die tussen 18 en 24 jaar oud zijn, houden zich beter aan de wettelijke limieten dan hun (groot-)ouders. In 2021 reed 0,8 procent van de gecontroleerde bestuurders uit de leeftijdsgroep onder invloed van alcohol.

In de categorieën daarboven (26 tot 39 jaar en 40 tot 54 jaar) lag dat cijfer respectievelijk op 1,8 en 1,7 procent. In de laatstgenoemde groep hadden mensen tijdens controles wel duidelijk meer glazen gedronken voor ze in hun auto stapten. “De oudste chauffeurs worden dan weer wat minder vaak betrapt, maar het probleem stelt zich in elke groep”, zegt Stef Willems van verkeersveiligheidsinstituut VIAS.

3. Drugs zitten in de lift

Jongeren die graag de champagnekurken door de lucht laten knallen om hun puike positie bij de alcoholcijfers te vieren, houden zich beter nog even koest. De Nationale VerkeersONveiligheidsenquête toonde begin 2022 aan dat 8 procent van de Belgische bestuurders minstens een keer per maand achter het stuur kruipt na druggebruik.

Vooral in de groep van 18 tot 34-jarigen groeit het probleem. 19 procent van hen zegt maandelijks onder invloed van drugs te rijden. Het leeuwendeel van hen gebruikt cannabis, maar ook cocaïne speelt een belangrijke rol.

“De zelfrapportage is belangrijk omdat niet iedereen getest wordt”, zegt Willems. Hij merkt daarbij op dat een drugstest sowieso omslachtiger is dan nagaan hoeveel iemand gedronken heeft. Een nieuwe speekseltest kan de vijf meest gebruikte drugssoorten opsporen, maar voor een definitief resultaat is telkens een analyse in het labo nodig. “Bepaalde synthetische drugs worden met de speekseltest ook niet opgespoord. Maar het druggebruik zit zeker in de lift”, aldus Willems.

Lachgas blijft bijvoorbeeld onder de radar en dat is wel degelijk een probleem. De drug wint gestaag aan populariteit: in Vlaanderen gebruikt 20 procent van de jonge mannelijke bestuurders het maandelijks. Naast een euforisch gevoel leidt het vaak tot duizeligheid en vertroebeld zicht, wat in een auto dodelijk kan zijn. Zeker omdat veel gebruikers aangeven lachgas met alcohol te combineren.

De politie heeft wel troeven in handen om chauffeurs die moeilijk opspoorbare drugs innemen aan de kant te zetten. Bij roekeloos rijgedrag of een waan van dronkenschap, mogen ze chauffeurs tegenhouden. Ook als de speekseltest negatief is.

4. De roes sleept lang aan

Wie meer dan 0,5 promille alcohol in het bloed heeft, krijgt een boete als hij een voertuig bestuurt. Vaak wordt gezegd dat dat het equivalent van twee glazen is, maar verschillende lichaamstypes breken de alcohol op een ander tempo af. Dat leidt weleens tot verwarring en een extra dosis van de gekende zelfoverschatting.

“Voor drugs geldt dan weer een absolute nultolerantie in het verkeer, maar heel wat bestuurders schatten niet in dat cannabis bijvoorbeeld niet kan”, zegt Willems. De effecten van zulke middelen slepen ook langer aan dan velen soms denken. Cocaïne en amfetamines zijn na twaalf uur niet meer detecteerbaar, voor cannabis ligt de termijn tussen zes en twaalf uur. De roes is dan allicht al even voorbij, maar de drugs beïnvloeden een lichaam op meerdere manieren. “Na de high kan je in de crashfase komen, waarbij je lichaam opeens heel vermoeid is. Dat heeft invloed op je geheugen en evenwicht”, zegt Sarah Wille, toxicoloog bij het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie (NICC).

Een roes kan een lange schaduw hebben. Net daarom is VIAS er voorstander van om ook alcoholgebruik bij bestuurders volledig te verbieden. Het neemt alleszins de onduidelijkheid over het aantal toegelaten glazen weg en kan ook het aantal verkeersongevallen flink doen dalen. “Er zou wel wat weerstand tegen komen, maar dat is bij alle maatregelen zo. Na de invoering van het rookverbod klonk er ook protest. Maar nu zou haast niemand nog in een café willen binnenkomen waar je meteen naar de rook stinkt”, zegt Willems.